Het Museum van het Nederlandse Uurwerk heeft een topstuk uitgeleend aan het Rijksmuseum Amsterdam om deel uit te maken van de nieuwe presentatie. Het is een Haagse klok van Salomon Coster. De vroege slingerklok is opgesteld voor de bibliotheek op de 1e verdieping, in de ruimte die gewijd is aan de geschiedenis van de wetenschap. Slingeruurwerken van Coster zijn uitermate zeldzaam. In museumpresentaties zijn er wereldwijd in totaal slechts vier te vinden, waarvan drie in Nederland en één in Groot Brittannië. Het Museum van het Nederlandse Uurwerk bezit nog een tweede exemplaar uit de werkplaats van deze grote meester, die hecht samenwerkte Christiaan Huygens, de uitvinder van het slingeruurwerk. De oudst bekende Haagse klok van Coster, die voor de tweede wereldoorlog in het Rijksmuseum hing, is tegenwoordig te bewonderen in Museum Boerhaave te Leiden. Dit wetenschapsmuseum heeft een originele microscoop van Anthoni van Leeuwenhoek ter beschikking gesteld voor de zelfde presentatie. Het Rijksmuseum bezit ook een reishorloge van Salomon Coster.
Het topstuk uit het Museum van het Nederlandse Uurwerk is uitgerust met een messing slingeruurwerk met veeraandrijving. De slinger bestaat uit een messing staafje met een bolvormig slingerlichaam, opgehangen aan een draadlusje tussen cycloïdeboogjes. Als de klok gesloten is, kan de slingerbeweging door een spiekgaatje in de wijzerplaat worden gadegeslagen door een los schildje omhoog te draaien. Op dit schildje heeft de maker zijn signatuur gegraveerd, evenals het feit dat het uurwerk met privilege van de Staten Generaal is vervaardigd. Coster ontving het octrooi voor een periode van 21 jaar, maar stierf voortijdig. In tegenstelling tot de overige bekende slingeruurwerken van deze gerenommeerde maker, zijn de platinepilaartjes balustervormig. De sobere kast is belijmd met kostbare houtsoorten en het deurtje is zelfs voorzien schildpad fineer. De decoratieve toepassing van dit dierlijke materiaal wordt onder meer ook genoemd in de correspondentie tussen Huygens en Coster, toen de grote wetenschapper aan het Franse hof verkeerde. Het exemplaar dat nu in het Rijksmuseum staat, is in de jaren ’70 van de 20ste eeuw uit Brits particulier bezit opgedoken, om vervolgens te worden aangekocht door de grondlegger van het uurwerkenmuseum op de Zaanse Schans. Een ruime bijdrage van de Stichting Dr. Bodo Slingenberg maakte enkele jaren geleden aankoop van de klok door het Museum van het Nederlandse Uurwerk mogelijk.
Het topstuk uit het MNU is vaker te gast geweest op toonaangevende exposities, zoals “Glorieuze Revolutie” (Nieuwe Kerk, Den Haag, 1988), “Een Quaestie van Tijd” (Museum Boerhaave, 1979), “Tijd” (Nieuwe Kerk, Amsterdam, 1990), “Le temps, vite!”, (Centre Pompidou, Parijs, 2000) en “Opwindende Klokken” / “Huygens Legacy” (Koninklijk Paleis Het Loo, Apeldoorn, 2004). De klok is gedocumenteerd in het standaardwerk “Spring-driven Dutch Domestic Clocks 1657-1710” (1979) door R. Plomp en de Engelstalige tentoonstellingscatalogus “Huygens Legacy” (2004). Beide naslagwerken zijn nog steeds te bestellen in onze bookshop.